Mensen realiseren zich niet dat God hen een Geest heeft gegeven zoals die van God – een diepere Geest, een Geest die niet gecorrumpeerd is door de wereld. Ze denken dat Gods Geest net zo is als hun persoonlijke geest, alleen groter en krachtiger. Hier ontstaan de noties van een jaloerse God, een boze God, een wraakzuchtige God in de verbeelding van mensen. Dat komt omdat ze hun eigen neigingen en hun eigen hachelijke situatie op God projecteren.

Als God almachtig is, hoe kan God dan onzeker zijn? Als God weet welke fouten je gaat maken, waarom zou God je dan straffen voor het maken van die fouten? Als God weet dat zonder Kennis je geest verward en verloren zou zijn in de wereld, waarom zou God je daar dan voor straffen? Dat zou hetzelfde zijn als een baby straffen omdat hij huilt, of een kind straffen omdat het kinderachtig is. Dit is onwetend, en toch zijn deze ideeën heel gangbaar in de wereld, heel gangbaar onder bepaalde mensen in bepaalde instellingen die beweren de Goddelijke wil en het Goddelijke doel in de wereld te vertegenwoordigen.

God weet dat het fysieke bestaan moeilijk en problematisch is en dat mensen daarin bang, doodsbang en gedreven zullen zijn door de omstandigheden van het leven. Daarom heeft God Kennis in jou en in alle bewuste wezens geplaatst als een bron van begeleiding; als een bron van correctie, bescherming en inspiratie.

God heeft het perfecte tegengif en de perfecte correctie voor dwaling geschapen. God verwacht hier geen perfectie van jou, alleen een grotere dienstbaarheid aan het welzijn van anderen en aan het welzijn en behoud van de wereld.

Continue reading…